Locatie

Steenbergen

reageer

Uw reactie

Wij zijn altijd opzoek naar reacties om de kennisbank van Drenthe uit te breiden. Wanneer u een correctie wilt doorgeven of een lemma wilt aanleveren voor de Drentse encyclopedie dan kunt u onderstaand formulier gebruiken. Ontroerende anekdotes bij een lemma of anderszins bijzondere verhalen worden niet als zodanig opgenomen in de encyclopedie. Deze reacties zullen derhalve niet in behandeling worden genomen.

Schaafsma & Brood
Bron: Drents Archief

Dr.: Stienbargen

1. Esgehucht in de gemeente Noordenveld (tot 1998 Roden) ten zuiden van Roden, ten noorden van Een, ten noordwesten van Norg en ten westen van Langelo. Aan de noordwestkant van de buurtschap ligt de Steenbergeresch, daarachter het uitgestrekte Steenbergerveld (1899 Steenbergerveen), vnl. bestaande uit weiland, verder enig bouwland. Hier doorheen stroom de Steenbergerloop in noordoostelijke richting onder Roden door in het Peizerdiep.

De plaats dankt haar naam aan het hunebed (D1), dat aan de rand van de Steenbergeresch staat. Het is in 1873 door de provincie Drenthe voor 50 gulden gekocht van de markegenoten van Steenbergen.

De nederzetting is in de Middeleeuwen ontstaan als een satellietvestiging van Roden op een zandrug tussen Een en Lieveren. In de 17e eeuw scheidde Steenbergen zich van Roden af en werd een zelfstandig dorp; de grens werd bepaald door landmeter Regenmorter. Op 27 april 1881 werd het gehucht getroffen door een brand. Binnen een uur brandden toen van de vijftien huizen zes boerderijen en vijf schapenhokken af. Nadien werden drie boerderijen niet op de oude plek aan de oostzijde van de Hoofdweg herbouwd, maar op de brink aan de westzijde. Oude eiken op bepaalde erven herinneren aan de vroegere brink.

In de jaren '20 en '30 van de 20e eeuw groeide het plaatsje. Door de ontginning van het Steenbergerveld was er steeds voldoende nieuwe cultuurgrond, zelfs genoeg om per familie een nieuw bedrijf te beginnen (zoon of broer).

2. Buurtschap in de gemeente De Wolden (tot 1998 Zuidwolde) pal ten noorden van Zuidwolde, geflankeerd door het Steenbergerwesterveld (weilanden, bouwland- en bospercelen) met het kanaal Steenbergsche Wijk en het buurtschapje De Stuw en het Steenbergeroosterveld (bos, zandverstuivingen, weiland). Ca 4,5 km hemelsbreed noordwaarts van het plaatsje liggen ten westen van Hoogeveen en ten noordoosten van het Steenbergerwesterveld de Steenbergerweiden.

In 1625 droeg Steenbergen bij contract het veen en in 1630 ook de ondergrond uit de marke over aan jhr. Roelof van Echten; Ten Arlo, noordelijk van Steenbergen gelegen, deed hetzelfde.

In HAD (1900-1911) is de Steenberger Esch goeddeels met bos bedekt, bestaat het Steenberger Oosterveld nog uit een uitgestrekt veengebied en Steenberger Westerveld goeddeels uit grasland, behalve het stuk tegen het dorpje aan; ook dat is dan nog veengrond. Op de Franse kaart (1811-13) aangeduid als Stenberg.

Schimpnaam voor de inwoners: Zuddestekers (brandzodenstekers).

3. Eigenerfdengeslacht uit Zuidwolde, dat eeuwenlang het boerenbedrijf in het huidige buurtschap Steenbergen uitoefende. Leden van de familie waren vertegenwoordigd in de Etstoel. Frerik Lucas Steenbergen (1783-1865) was de eerste burgemeester van Zuidwolde van 1811 tot 1841. Een bekende telg uit dit geslacht was Albertus Steenbergen, ontvanger van de gemeente Hoogeveen, die de omstreden Clapper van A. en P. Calkoen schreef. [Schaafsma & Brood]

Literatuur

  • Lit.: [1] D. Cazemier en J. Wieringa, Knapzakroute Steenbergen (gem. Roden) (Assen 2000
  • 5e druk)
  • H. Leever en B. Prinsen, Knapzakroute Roderesch-Lieveren (Assen 1992
  • 2e druk)
  • [3] J.W.Th.M. Beekhuis-Snieders e.a., Zeven Zuidwest-Drentse familie-archieven (Assen 1983).