Hoofdpersoon in een leerconflict in de kerk in Hoogeveen in 1689-1690.
Als jong onderwijzer publiceerde hij zeventien 'ketterse' stellingen, die in strijd waren met vrijwel alle hoofdzaken van de calvinistische leer. Hij moest zich verantwoorden voor de kerkenraad, kwam onder censuur en werd tenslotte 'afgesneden'. Hij vertrok naar Amsterdam 'omdat de predik-heeren te Hoogeveen hem niet wilden tolereeren'. Hij wordt wel de eerste Drentse humanist genoemd. Het door het Humanistisch Verbond gestichte verzorgingshuis in Hoogeveen is naar hem het Jannes van der Sleedenhuis genoemd.