Historische gebeurtenis

Afscheiding

1834

reageer

Uw reactie

Wij zijn altijd opzoek naar reacties om de kennisbank van Drenthe uit te breiden. Wanneer u een correctie wilt doorgeven of een lemma wilt aanleveren voor de Drentse encyclopedie dan kunt u onderstaand formulier gebruiken. Ontroerende anekdotes bij een lemma of anderszins bijzondere verhalen worden niet als zodanig opgenomen in de encyclopedie. Deze reacties zullen derhalve niet in behandeling worden genomen.

Huizing
Grote kerk - Bron: Geheugen van Drenthe

Scheuring die zich in 1834 voltrok in de Nederlandse Hervormde Kerk als een reactie op het modernisme in de kerk, zoals zich dat manifesteerde o.a. in de Groninger richting.

Hendrik de Cock, predikant te Ulrum, ondertekende op 13 oktober 1834 de Acte van Afscheiding of Wederkeering. De actie breidde zich uit door het hele land. Een jaar eerder had De Cock in Ulrum al een paar kinderen gedoopt van Hendrik Sickens en Hendrik Heins, beiden uit Smilde. Ook Luitsen Dijkstra uit Bovensmilde liet in november 1833 in Ulrum een kind dopen door ds. De Cock, die in Drenthe niet onbekend was. Mogelijk had een aantal Drenten hem in Ulrum horen preken wegens hun aanwezigheid bij de bijenvolken op de koolzaadvelden in Noord-Groningen.

Op 14 november 1834 werd in Smilde de Acte van Afscheiding getekend door 38 lidmaten. Luitsen Dijkstra werd door de kerkenraad in Ulrum aangesteld als oefenaar in Smilde. Op 19 november 1834 werd in de schuur van Jan Lamberts Dik de eerste christelijke afgescheiden gemeente in Drenthe een feit. Een week later ontstond een afgescheiden gemeente in Assen. Van 19 tot 24 maart was De Cock ten huize van Frederik Alberts Kok in Dwingeloo, waar ook een afgescheiden gemeente werd geïnstitueerd. Op 25 maart 1835 volgde Hoogeveen waar 335 personen tot lidmaat werden aangenomen. Hoogeveen was daarmee de grootste afgescheiden gemeente van ons land en bleef dat een lange reeks van jaren. Hier was de onvrede over het modernisme in de kerk als het ware gekanaliseerd door een oefenaar als Jan Frerik Zeebuit.

Ook na het officiële moment van de Afscheiding speelden de oefenaars een belangrijke rol. Het was voor De Cock ondoenlijk om al de gemeenten persoonlijk te 'bepreken'. De bijeenkomsten met de oefenaars werden in veel plaatsen het toevluchtsoord voor de rechtzinnigheid. In mei 1839 ontstond een Drentse predikantenopleiding, die terecht kwam in Berghuizen, later in Hoogeveen. In 1849 waren er 33 Afgescheiden Gemeenten met samen 5140 leden, verspreid over heel Drenthe. [Huizing]

Literatuur

  • Lit.: H. Algra, Het wonder van de negentiende eeuw van vrije kerken en kleine luyden (1966)
  • S.J.Th. Homan, 'De Afscheiding van 1834 in Drenthe', in: Anderhalve eeuw gereformeerde in stad en land. Deel 1: Drenthe (Kampen 1983).